maandag, oktober 17, 2005

Spellingkwelling

De Nederlandse Taalunie, de behoedster van onze moerstaal, is een eerbiedwaardig instituut dat ik via deze weg mijn allerdiepste respect wens te betuigen.

Nu deze captatio benevolentiae op papier staat en Den Haag gesust wegkijkt, kan de vitrioolpen bovengehaald. Ik heb – samen met vele andere taalminnenden – de nare indruk dat de NTU de vereenvoudiging (sic) van onze spelling aan een bende ingenieurs en andersoortige techneuten heeft uitbesteed. En dat de Taalunie in een kwalijke combine zit met uitgeverijen van lexicografische werken en schoolboeken. Want die moeten nu eenmaal na elke spellingaanpassing opnieuw gedrukt en verplicht aangekocht. Tel uit die winst !

De meest recente spellingaanpassing, zo heette het officieel, wilde alleen een aantal onlogische toestanden rechtzetten die de vorige keer over het hoofd waren gezien. Aha ! Een akte van schuldbekentenis ! Maar géén van berouw voor het halve werk uit 1995. Wat mijn vermoeden sterkt dat het om een voorgeprogrammeerd gebrek aan logisch denken ging, met overwegend mercantiele doeleinden.

Maar de échte vraag die we ons horen te stellen, luidt als volgt: moet spelling überhaupt een toonbeeld van ijzeren logica zijn ? Nop. Taal is grillig, chaotisch en niet in wetten te vangen, en haar spelling mag dat gegeven best weerspiegelen. Wil je haar met geweld in het enge denkraam van een ingenieur persen, dan krijg je vanzelf misbaksels zoals ideeëloos en andere aanfluitingen van een diepgeworteld woordbeeld. Christus-nog-aan-toe !

Mijn eega doceert Spaans aan volwassenen. Nu is Spaans ongetwijfeld de meest fonetisch gespelde taal ter wereld, met hooguit een handvol anomalieën. En toch: elk jaar opnieuw is er wel één of andere student(e) in haar publiek die zich daar luidop aan ergert. Of die ze maar niet onder de knie krijgt, al knetteren de vonken uit zijn/haar oren. Yep: nu eens een ingenieur, dan weer een lerares wiskunde, en morgen allicht een andere bèta met een onderontwikkeld taalgevoel. Tuurlijk mogen die heren en dames taalkennis verwerven – hoe meer, hoe liever – maar vraag ze alstublieft niet om zich met taal te moeien. Mij zullen ze toch ook niet benaderen om die nieuwe Scheldebrug in Antwerpen te ontwerpen ? Ze zou nog geen halve minuut overeind blijven (als ze al voltooid zou raken).

Geef mij, wat spelling betreft, het Engels maar. Heerlijk wispelturig en volstrekt onlogisch. Distraught klinkt ongeveer als [di’stroot], draught als [draaft]. En dit bekt ook wel lekker: “De Nederlandse Taalunie: a prophet of profit”.

Toch wil ik het gezegd hebben: de Taalunie is op vele fronten wél goed bezig. Maar dat haalt zelden de actualiteit. Neem gewoon eens een kijkje op haar ronduit schitterende webstek !

En ook mijn oprechte excuses aan ingenieurs met een breed denkraam en een groot taalgevoel…

2 reacties:

Anonymous Anoniem zei...

Mijn persoonlijke mening is dat er veel te veel aandacht aan spelling wordt besteed. 3 kwart van de Vlamingen (ik durf me niet uit te spreken over Nederlanders) kan niet eens een goede zin uitspreken, laat staan schrijven. Maar in een competitief schoolsysteem is het veel moeilijker om daar punten voor te geven. Spelling is eenvoudiger: het is goed of fout, en de regeltjes staan mooi in een boekje.

oktober 17, 2005 8:40 a.m.  
Blogger Matador Mati zei...

Regels moeten er inderdaad zijn, Bruno, maar wanneer die om de 10 jaar worden bijgesteld, zorgt dat voor onnodig veel verwarring bij schoolkinderen en onderwijzend personeel. Om van die arme ouders nog te zwijgen, die alwéér diep in de buidel mogen tasten. In Engeland is de spelling al eeuwenlang nagenoeg ongewijzigd gebleven, en niemand die er zich aan stoort. Oerconservatieven hebben meestal niet mijn sympathie, maar op het vlak van spelling zijn het mijn beste maatjes.

oktober 17, 2005 11:14 p.m.  

Een reactie posten

Aanmelden bij Reacties posten [Atom]

<< Homepage