vrijdag, maart 10, 2006

Schadenfreude

Maart en april hebben de mooiste voetbalwedstrijden in de aanbieding. De Champagne League nadert haar ontknoping, en dan mogen de fijnproevers aanschuiven. Deze week zijn me vooral twee taferelen bijgebleven. Om te beginnen, niet dat puberale gekissebis tussen Mourinho en Rijkaard, ondanks alles twee heren van stand. Wat dan wel ?

Arsenal - Real Madrid. Madrid moet scoren, en speelt heel wat potiger dan we van de Koninklijke gewend zijn. Raúl jaagt een diepe en hoge bal na, heeft enkel oog voor het leer en merkt daarbij niet dat Jens Lehmann - de keeper van Arsenal – in zijn richting komt aangestormd. Raúl mist de bal, maar zijn studs boren zich onvrijwillig in Lehmann’s knie. Bij dergelijke voorvallen is het usance dat het thuispubliek ziedend rechtveert en dat de ploegmaats van de aangetrapte speler de boosdoener naar de keel vliegen, waarna zijzelf door de leden van het andere team worden overrompeld. Vervolgens ontwart de scheids – niet zonder moeite - het vechtende kluwen en trekt hij gemiddeld één rode en twee gele kaarten om de gemoederen te bedaren.

Niets van dat alles bij Raúl, een klasbak die door zijn immer sportieve instelling eeuwigdurend krediet bij vriend en vijand geniet. Het Londense publiek keek vertederd toe hoe Raúl zich bezorgd over Lehmann boog, en barstte uit in een staande ovatie toen beide tegenstrevers elkaar ferm de hand drukten. Kippenvelmoment.

Tafereel nummer twee. AC Milan – Bayern München. De Duitse kampioen krijgt voetballes, staat al 1-0 in het krijt en sjokt gefrustreerd over het terrein. Milan versiert een strafschop die Andrei Sjevtsjenko – nog zo’n toonbeeld van klasse en fairplay - onbegrijpelijk naast de kooi van Kahn besluit. Wat dan gebeurt, tart elke verbeelding: Oliver Kahn, het archetype van de woeste Pruis, spoedt zich naar de mistroostig afdruipende Sjevtsjenko en brult hem allerlei verwensingen in het oor. Mijn oudste zoon, naast me op de bank en witheet van verontwaardiging: “Dat krijgt die rottige Kahn straks terugbetaald !

Vorig jaar kozen de Duitsers hun mooiste woord. Het werd “Habseligkeiten”, wat zoveel betekent als “bezittingen”, “spulletjes” of “hebben en houden”. Persoonlijk vind ik “Schadenfreude” ook een mooi Duits woord, al staat het voor iets héél laakbaars: leedvermaak. Het gevoel is me dan ook doorgaans vreemd, maar toen Sjevtsjenko twee minuten na zijn gemiste strafschop een krachtige kopbal langs de wanhopig grabbelende Kahn tegen de netten poeierde, had het me volledig in zijn greep. Enkele seconden lang was ik wezenloos schadenfroh. Sjevtsjenko, van zijn kant, toonde zich een héél grote mijnheer. Niemand zou die unieke kans laten liggen om die arrogante Kahn, intussen gereduceerd tot een hoopje ellende, voor het oog van 80.000 toeschouwers helemáál in de grond te boren. Sjevtsjenko keek niet eens naar hem om. Niet naar iemand omkijken, het was voor één keer een waarachtige daad van menslievendheid.

0 reacties:

Een reactie posten

Aanmelden bij Reacties posten [Atom]

<< Homepage