vrijdag, oktober 28, 2005

Useless but priceless

Je zou het haast niet geloven, met die nazomerse temperaturen (heden in het zonovergoten Gent rondgewandeld, bij een temperatuur van 24°C), maar binnen zes weken zitten we al volop in de kerstsfeer. En slaat de cadeaustress weer ongenadig toe. Ga er even voor zitten, ik heb alvast een leuke tip voor u in petto. Neen, niet de zoveelste turf van Dan Brown (Het Geheim van het Raadselachtige Mysterie), maar wel een volledig, volkomen en volstrekt nutteloos boek. En precies daarom een niet te missen hebbeding. ”Weer een groot lexicon van nutteloze feiten”, van het Nederlandse duo Hein Meijers en Simon Rozendaal. Uitpuilend van grappige, hilarische, opvallende, verrassende maar uiteindelijk nutteloze weetjes. Voorzover kennis nutteloos kan zijn, uiteraard. Hebben we niet met z’n allen op school geleerd dat kennis macht is ? Veel macht zal u aan dit boek helaas niet overhouden. Misschien wint u er wel een prijsje mee op een quiz in een achterafzaaltje. En, wie weet, maakt u er diepe indruk mee op die knappe heer of dame die u van iets dichterbij wilt leren kennen. Lukt het, dan is de aankoopprijs van dat boek meteen terugverdiend.

Een graai uit de grabbelton der nutteloze weetjes:
  • Het Nederlandse leger bezat aan het begin van de Tweede Wereldoorlog welgeteld één tank.
  • De bouw van het Vaticaan is deels bekostigd uit de baten van prostitutie.
  • Wanneer je alle levende wezens op aarde samen op een weegschaal zet, maakt dat maar 0,1 procent van het totale gewicht uit.
  • Het beroemde V-teken voor ,,Victory'' of overwinning stamt uit 1415, toen Engelse boogschutters de Fransen versloegen. Trots toonden ze de middel- en wijsvinger waarmee ze schoten. Om hun tegenstanders voorgoed het schieten te beletten, werden die twee vingers bij hen afgehakt.
  • In de ransel van Italiaanse soldaten in Noord-Afrika zat tijdens de Tweede Wereldoorlog een kogelvrij espresso apparaat.
  • Het orgasme van een varken duurt een half uur.
  • In de aders van een blauwe vinvis kan een mens zwemmen.
  • Veel Nederlandse kerken weigerden rond 1900 een bliksemafleider te installeren: de bliksem was immers het werk van God. Diverse kerken zijn zo uitgebrand.

En dit nutteloze weetje krijgt u er van mij gratis bovenop: de naam van de mooie orchidee is afgeleid van het Griekse αρχίδι (archídi, teelbal). Vandaag nog een orchidee van nabij bestudeerd, en nergens een teelbal ontwaard. Weetje nummer twee, maar wél nuttig: zeg nooit αρχίδι tegen een wildvreemde Griek, tenzij je absoluut en proefondervindelijk de kwaliteit van het dichtstbijzijnde (Griekse) ziekenhuis wil natrekken.

We weten maar niet van ophouden. Deze hint trof ik ooit aan op een Internetforum, gewijd aan een onuitroeibare hobby van de Belg: “Hoe draai ik de staat een αρχίδι af en word ik er zelf beter van ?” Titel van de post: “Nooit meer postzegels kopen”. Één of andere gozer schepte erover op dat ie nog nooit één postzegel had gekocht. Hij schreef gewoon zijn eigen adres op de voorzijde van de enveloppe, en dat van de bestemmeling op de achterkant. Al zijn brieven werden vervolgens keurig ter bestemming afgeleverd, met een dieprode stempel “Niet gefrankeerd”. “Doen !”, besloot de anonieme flurk op triomfantelijke toon. “Het werkt écht !”

Benieuwd hoelang Tante Post nog zou werken, mochten we met z’n allen even kortzichtig zijn (lees: tot aan de navel, en geen centimeter verder). Bon, mijn bijna jarige eega en ikzelf waren vandaag dus in Gent en hebben er het Groot Lexicon van Nutteloze Feiten niet gevonden. Nog niet uit Nederland gearriveerd. Nutteloze verplaatsing ? Neen: in De Slegte weer schitterende koopjes op de kop getikt. Waaronder “De Vrouw als Karretje”, van Jan Mulder. Voor amper 6,99 €. En uiteraard een uitgebreid terrasje gedaan.

Het was, vanuit economisch oogpunt, een volstrekt nutteloze dag. Desalniettemin: met volle teugen genoten !

woensdag, oktober 26, 2005

Feta is Grieks...

Voor sneetje. Maar bij feta denken wij uiteraard onmiddellijk aan die overheerlijke, ietwat brokkelige geitenkaas uit het zonnige Hellas ! Decennialang hebben Griekse producenten van deze lekkernij getracht om feta (spreek uit als fèta) als een beschermde herkomstnaam te laten erkennen. Tevergeefs. Blijkbaar kon Griekenland minder gewicht in de schaal gooien bij het Europees Hof van Justitie dan bijvoorbeeld Frankrijk. Haalt een Spaanse cavabrouwer het onzalige idee in zijn hoofd om “Champagne” of ook maar “Méthode Champénoise” op zijn etiketten te vermelden, hangen er hem geheid zware boetes boven het hoofd. Plus een levenslang toegangsverbod tot Frankrijk. Voor feta gold dat allemaal niet, met als gevolg dat we in de voorbije jaren met fetakaas uit Denemarken, Duitsland en Groot-Brittannië werden overvoerd. En die was meestal écht niet te vreten.

Gisteren is eindelijk recht geschied. Feta is voortaan exclusief Grieks. Tot spijt van wie het benijdt.

Voor lekkere Griekse recepten, met of zonder feta, kunt u onder meer hier terecht. Kαλή όρεξη !

Pool op de dool

Polacos. Het is in Spanje een denigrerende scheldnaam voor Catalanen. Omdat ze voor Madrilenen een broebeltaaltje spreken. Omdat ze naar de smaak van Andalusiërs té hard werken. En in het algemeen: omdat ze té nadrukkelijk met de rug naar Spanje leven en té graag naar Italië en Frankrijk lonken.

Geldt dit alles mutatis mutandis ook voor de echte Polen ? Het zijn harde en goede werkers, dat klopt. En voor westerlingen zoals u en ik, spreken ze inderdaad een broebeltaaltje. En, helaas maar waar: ze leven met de rug naar Europa. Meer dan ooit tevoren, nu ze Kaczynski tot hun president hebben verkozen. Een eng en oerconservatief heerschap met een schier eindeloos anti-discours. Anti-Europa, anti-holebi, anti-abortus, anti-gelijkberechtiging van vrouwen, anti-moslim en antisemitisch. Kortom, een kenmerkend vertegenwoordiger van de gemiddelde Pool, anno 2005.

Laten we elkaar geen mietje noemen: de enige reden waarom Polen zo graag bij de EU wilde horen, is geld. Moneten. Poen. Euromanna. ’t Is wellicht een oude en vermoeide grap, maar de eerste Poolse gezanten die naar Brussel afzakten om er over de toetreding te onderhandelen, wilden hun Belgische gesprekspartners alvast paaien met hun prille kennis van het Nederlands.

Tadeusz: “Iek al beetje Nederlands kennen. Lantboowsoebziedies”. Lech wilde niet onderdoen: “En iek dan ! Rigioenaal ontwiekelingsfoents !”

Nu is Polen een land dat ik hoegenaamd geen kwaad toewens, na al het leed dat het de voorbije eeuw heeft moeten doorstaan. Miljoenen Polen werden door de nazi’s vermoord of gedeporteerd, en van Warschau bleef geen muur overeind na de opstand van eind 1944. Maar toch: had Kaczynski toen geleefd, zou hij de joodse gezinnen op weg naar Auschwitz ongetwijfeld mee hebben staan beschimpen. Het is een dualiteit in de Poolse geest die ik nooit ofte nimmer zal vatten.

Wil de Europese Unie niet nóg meer aan geloofwaardigheid inboeten, doet zij er best aan om Kaczynski meteen – en ferm - op de vingers te tikken wanneer hij andermaal boude uitspraken over de doodstraf of homo’s in de mond neemt die tegen de Europese regelgeving indruisen. Zoals professor Vos (Universiteit Gent) heden terecht in De Morgen opmerkte: “Erdogan zou het zich niet kunnen veroorloven, hetzelfde te zeggen als Kaczynski.”

Zo is het. Join the club, live by the rules.

vrijdag, oktober 21, 2005

Schatz, schraubst du noch ?

Daar liep dat meisje dus op haar blote voetjes, die rood en blauw zagen van de kou. In een oude schort had ze een heleboel zwavelstokjes en één bosje hield ze in haar hand. Niemand had nog iets van haar gekocht, de hele dag niet. Niemand had haar ook maar een stuivertje gegeven. Hongerig en koud liep ze daar en ze zag er zo zielig uit, dat arme stakkerdje !

U weet toch nog hoe dit Deense sprookje afloopt ? Triest, intriest. Iets meer noordwaarts, meer bepaald in Zweden, moet Ingvar Kamprad de nodige lering uit deze droeve vertelling hebben getrokken. Ja, hem zou zoiets niet overkomen ! Hij zou zijn lucifers niet één voor één afstrijken, zoals die domme gans ! Het spilzieke idee alleen al ! Neen, Ingvar zou niet zielig bij de pakken blijven zitten maar zijn lucifers met lef, branie, koopmansgeest en één voet tussen de deur aan Sven en Olga slijten, smörgasbord nog aan toe ! Dit Zweedse sprookje kende een iets fortuinlijker afloop: Ingvar mag zich intussen tot de rijkste mensen ter wereld rekenen. Rijker dan Bill Gates maar - naar verluidt - nóg gieriger dan de Queen of England. En dat wil wat zeggen: Queen Liz schenkt op staatsrecepties steevast Liebfraumilch. Zure pis, recht uit de Aldi, à rato van 40 eurocent per fles.

Waar ik dit Zweedse sprookje heb gelezen ? Niet bij Grimm of Andersen, maar op de website van Ikea:

1926 - De oprichter van IKEA, Ingvar Kamprad, wordt geboren in Småland, in Zuid-Zweden. Hij groeide op de boerderij Elmtaryd op, vlakbij het dorpje Agunnaryd. Als jochie wist Ingvar al dat hij later zijn eigen bedrijf wilde opzetten. Hij begon op zijn fiets lucifers te verkopen in de buurt. Hij ontdekte dat hij in Stockholm goedkoop lucifers in grote hoeveelheden kon kopen, deze kon doorverkopen voor een heel lage prijs en toch nog een behoorlijke winst overhield. Van de lucifers stapte hij over op vis, kerstversiering, zaden en later op pennen en potloden.

Rare jongens, die Zweden. Bizar land, overigens. Meet van noord naar zuid 1.600 km. Brussel-Rome, bij benadering. 410.000 km², met daarop amper 8 miljoen inwoners. Dat maakt, even uit de losse pols gerekend, ongeveer 21 inwoners per vierkante kilometer. Hoe schaars die Zweden ook zijn, ze blijven de wereld met verstomming slaan. Ik kan me niet zo snel een ander land met 8 miljoen inwoners voor de geest halen dat zoveel multinationale ondernemingen heeft voortgebracht: Ikea, Volvo, Scania, Saab, Abba, Ericsson en dan zie ik er beslist nog een paar over het hoofd. Andere Zweden met wereldfaam: Hans Blixen, Pär Lagerkvist, Olof Palme, Astrid Lindgren, de Zweedse kok van de Muppet Show en Alfred Nobel. Om van al dat voetbaltalent nog te zwijgen: Ljungberg, Henrik Larsson, toffe peer Pär Zetterberg. En over het vrouwelijk schoon zullen we maar niet beginnen, zeker ? Wat dit betreft, zeggen plaatjes altijd méér dan praatjes (op de foto: Miss Zweden 2004).

Nog even terug naar Ikea. In Londen werd eind vorig jaar een nieuwe Ikea geopend. In de stormloop die dit evenement met zich mee bracht, werden verschillende mensen ei-zo-na vertrappeld. Op bevel van hogerhand werd de feestelijke (ahum) opening met een week uitgesteld. Hoe krijgt Ikea de mensen toch zo ver om a) eerst een half uur lang in de auto aan te schuiven; b) een half uur lang rondjes op de parking te rijden en; c) een uur lang kuddegewijs de hele winkelruimte te doorkruisen, want sneller geraak je nu eenmaal niet bij de kassa’s. Dat kan toch niet alleen met goedkope meubelen en lekkere gehaktballetjes te maken hebben ? Ikea is, om het met een duur woord te zeggen, een cultuurfenomeen. Een BBC-journalist schreef er ooit een hilarisch stukje over. Enkele citaten: “Mocht Dante vandaag zijn Inferno hebben geschreven, had ie er wellicht nog een tiende hellecirkel aan toegevoegd: op zondag gaan winkelen in Ikea.” “Er circuleren nu al ramingen dat één op tien Europeanen in een Ikea-bed werd verwekt.” “Kom je iemand in Groot-Brittannië tegen die niet ouder is dan 50 en die nog nooit een voet in Ikea heeft gezet, dan kan ie alleen van adel zijn. Of op de Hebriden-eilanden wonen.” “Ikea ontlokt bij velen een vreemd thuisgevoel in andermans woningen: dat komt ervan wanneer je alle meubelen herkent.” Enzovoorts, enzovoorts. Het volledige artikel kunt u desgewenst hier lezen.

Slotsom: we mogen Ikea dankbaar zijn voor betaalbare designmeubelen met knotsgekke namen (Billy, Benno, Bonde, Brigad, Diktad, Ektorp, Grunka, Gorm, Laxan, Tunhem…). Maar soms slaat Ikea de taalkundige bal wel eens mis. In Duitsland brachten ze vorig jaar een bed op de markt onder de roepnaam “Ficken”. Wat dat in het Zweeds betekent, weet ik niet, maar in Duitsland denken ze daarbij onwillekeurig aan het beest met de twee ruggen. Het bed is intussen uit het assortiment verdwenen. En wat te denken van de onderstaande billboard ? Jongens toch, een stool sample breng je meestal met dichtgeknepen neus naar de dokter die er vervolgens met een lepeltje in begint te roeren. “Mmm, ietwat aan de gele kant. Je hebt ’t aan de lever, makker.”













(Bijgewerkte versie van een eerder geschreven stukje op www.fullhouse.be, onder de rubriek "Wedstrijdverslagen 2004-2005")

donderdag, oktober 20, 2005

Recht van Antwoord

Onlangs een bozig mailtje ontvangen. Uit Den Haag. Afzendster: LvN, projectleidster bij de Nederlandse Taalunie. Sterker nog: nicht van ondergetekende. LvN is een jonge, ondernemende en spitse dame die haar werkterrein verdedigt zoals een leeuwin haar welpen. Dat pleit alvast voor onze familiegenen. Dat ze ook nog beter Zweeds spreekt dan u en ik Nederlands, en bovendien een oogverblindende verschijning is die al menig Hagenaar in zijn koffie heeft doen verslikken, stuwt de marktprijs van diezelfde familiegenen naar ongekende hoogten. Het is maar een vrijblijvende hint voor ongewenst kinderloze echtparen met waanzinnig véél poen en uiterst concrete plannen in de richting van kunstmatige inseminatie.

Dat zij mijn minder lovende uitlatingen over de Nederlandse Taalunie razendsnel zou counteren, kwam dan ook niet als een verrassing. Omdat ik het principe van woord & wederwoord hoog in het vaandel heb, en aangezien zij in haar colère naliet om via deze blog te riposteren, geef ik u hierna inzage van enkele fragmenten uit haar toch wel terzakedoende reactie:

"Het is al erg genoeg om op maandagochtend in Elsevier te moeten lezen dat je voor de rest van je leven opgesloten zou moeten worden om strafregels te schrijven, maar dat ook je eigen oom in de aanval gaat, is toch werkelijk te erg voor woorden !

Dus toch een paar reacties:
Ouders hoeven helemaal niet diep in de buidel te tasten. De Woordenlijst is immers gepubliceerd op
Taalunieversum waar je met een simpele zoekfunctie de correcte spelling van elk woord kan achterhalen. Verder moet zo'n Woordenlijst nu eenmaal af en toe aangepast om woorden te verwijderen die in onbruik zijn geraakt en om 'nieuwe' woorden toe te voegen. Eens in de tien jaar lijkt me dan best redelijk. Zonde ook dat je geen aandacht hebt besteed aan de positieve elementen van het verhaal. De unieke samenwerking, bijvoorbeeld, met woordenboekenmakers, uitgevers allerhande en makers van spellingcontrole (computer)."

Bij deze. Of ik het volgende familiefeest zonder schrammen overleef, verneemt u later wel.

maandag, oktober 17, 2005

Spellingkwelling

De Nederlandse Taalunie, de behoedster van onze moerstaal, is een eerbiedwaardig instituut dat ik via deze weg mijn allerdiepste respect wens te betuigen.

Nu deze captatio benevolentiae op papier staat en Den Haag gesust wegkijkt, kan de vitrioolpen bovengehaald. Ik heb – samen met vele andere taalminnenden – de nare indruk dat de NTU de vereenvoudiging (sic) van onze spelling aan een bende ingenieurs en andersoortige techneuten heeft uitbesteed. En dat de Taalunie in een kwalijke combine zit met uitgeverijen van lexicografische werken en schoolboeken. Want die moeten nu eenmaal na elke spellingaanpassing opnieuw gedrukt en verplicht aangekocht. Tel uit die winst !

De meest recente spellingaanpassing, zo heette het officieel, wilde alleen een aantal onlogische toestanden rechtzetten die de vorige keer over het hoofd waren gezien. Aha ! Een akte van schuldbekentenis ! Maar géén van berouw voor het halve werk uit 1995. Wat mijn vermoeden sterkt dat het om een voorgeprogrammeerd gebrek aan logisch denken ging, met overwegend mercantiele doeleinden.

Maar de échte vraag die we ons horen te stellen, luidt als volgt: moet spelling überhaupt een toonbeeld van ijzeren logica zijn ? Nop. Taal is grillig, chaotisch en niet in wetten te vangen, en haar spelling mag dat gegeven best weerspiegelen. Wil je haar met geweld in het enge denkraam van een ingenieur persen, dan krijg je vanzelf misbaksels zoals ideeëloos en andere aanfluitingen van een diepgeworteld woordbeeld. Christus-nog-aan-toe !

Mijn eega doceert Spaans aan volwassenen. Nu is Spaans ongetwijfeld de meest fonetisch gespelde taal ter wereld, met hooguit een handvol anomalieën. En toch: elk jaar opnieuw is er wel één of andere student(e) in haar publiek die zich daar luidop aan ergert. Of die ze maar niet onder de knie krijgt, al knetteren de vonken uit zijn/haar oren. Yep: nu eens een ingenieur, dan weer een lerares wiskunde, en morgen allicht een andere bèta met een onderontwikkeld taalgevoel. Tuurlijk mogen die heren en dames taalkennis verwerven – hoe meer, hoe liever – maar vraag ze alstublieft niet om zich met taal te moeien. Mij zullen ze toch ook niet benaderen om die nieuwe Scheldebrug in Antwerpen te ontwerpen ? Ze zou nog geen halve minuut overeind blijven (als ze al voltooid zou raken).

Geef mij, wat spelling betreft, het Engels maar. Heerlijk wispelturig en volstrekt onlogisch. Distraught klinkt ongeveer als [di’stroot], draught als [draaft]. En dit bekt ook wel lekker: “De Nederlandse Taalunie: a prophet of profit”.

Toch wil ik het gezegd hebben: de Taalunie is op vele fronten wél goed bezig. Maar dat haalt zelden de actualiteit. Neem gewoon eens een kijkje op haar ronduit schitterende webstek !

En ook mijn oprechte excuses aan ingenieurs met een breed denkraam en een groot taalgevoel…

vrijdag, oktober 14, 2005

FC Ellendigem

Het Belgisch voetbal zit in een diep dal. Een héél diep dal, waarbij de Grand Canyon tot een kniediep grachtje verbleekt. Treffend voor de malaise bij onze voetbalelite was de bijzonder knullige own-goal van Olivier Deschacht in de laatste WK-kwalificatiewedstrijd tegen voetbalpeuter Litouwen. En vier dagen eerder, tegen grootmacht Spanje, werd pijnlijk blootgelegd waar het onze topvoetballers écht aan schort: fysiek, snelheid en vooral techniek. Een bal perfect doodleggen, een splijtende verre pas versturen, snelle eentijdscombinaties op de mat leggen: je zag het de Belgen met al hun inzet vruchteloos proberen, terwijl de Spanjaarden eerst vol ongeloof en vervolgens met onverholen leedvermaak toekeken. Helemaal schrijnend werd het in de tweede helft, toen Raúl & Co onze jongens helemaal wegtikten, daarbij begeleid door minutenlang olé-gejoel. Uiteindelijk hadden de Spanjaarden genoeg aan één superieure bevlieging om de Rode Duivels tegen het vilt te meppen: Reyes met een weergaloze dieptepass, Torres met een ronduit geniale afwerking. Hogeschoolvoetbal dat hier zelden te bewonderen valt.

Het was ooit anders, toen de dieren nog spraken. In dat verre, stilaan vage verleden zakten teams als Bayern München, Barcelona of Inter Milaan met bagger in de broek naar het Anderlechtse Astridpark af. Om vervolgens, na een genadeloze pandoering, met het schaamrood op de wangen huiswaarts te vliegen. Ik heb nog nét het laatste hoogtepunt uit de clubgeschiedenis van Anderlecht mogen beleven. Live in het Heizelstadion, toen nog een grauwe puinhoop, tegen Benfica. Jaartal: 1983, twee jaar vóór het Heizeldrama. Inzet: de UEFA-cup. Van gescheiden supportersvakken of vlaggenverbod was toen nog geen sprake. Ik stond er, met een paars-wit sjaaltje en een Schotse vriend van weleer, temidden van een massa dolgedraaide Portugese supporters die ons – uiteraard – niet poeslief bejegenden. Alistair, zo heette de Caledoniër, liet zich echter niet uit zijn lood slaan en begon luidop “Belfica, Belfica” te scanderen. Bel is mooi, fica staat voor een vrouwelijk lichaamsdeel waarover ooit lange monologen zijn geschreven. Gelukkig verscheen er net op tijd een horde Anderlecht-fans die zich buffergewijs tussen de heethoofden posteerden. Anderlecht won de wedstrijd (1-0) met een opstelling waarvan ook nú nog menig paars-wit supporter het water in de mond komt:

Finale UEFA-cup 1982-1983
RSC Anderlecht - SL Benfica Lisbona 1:0 (1:0)
04.05.1983 - Brussel, Heizelstadion (58.000 toeschouwers)
Ref: Bogdan G. Dochev, BUL

Anderlecht: Munaron - Hofkens, Peruzovic, Olsen, de Groote - Lozano, Coeck,Frimann-Hansen, Vercauteren (c) - Van den Bergh (78 Czerniatynski),Brylle-Larsen
Coach: Paul van Himst

Benfica: Bento - Pietra, Frederico (78 Alberto Bastos Lopes), HumbertoCoelho (c), Alvaro - Carlos Manuel, José Luis, Chalana, Shéu - Diamantino,Filipovic (68 Nene)
Coach: Sven-Göran Eriksson (SWE)

Doelpunt: 1:0 Brylle-Larsen 30’
Geel: de Groote / José Luis, PietraRood: José Luis (75)

Days of glory long past. Het is al zover gekomen dat Club Brugge en Anderlecht een nipte Europese nederlaag als een klinkende overwinning begroeten. Wat nu ? Waar moeten we heen met onze brandende voetballiefde ? We hebben weinig keus: volgend jaar op de Wereldbeker zullen we in arren moede voor Oranje moeten supporteren. Of misschien voor Brazilië, een team dat voor een doordeweekse training zo maar eventjes 50.000 toeschouwers trekt. Zelf hoop ik dat Spanje eindelijk eens gensters slaat. Voorzover ze de barrageduels overleven, dat spreekt.

Een weinig schrale troost mogen wij Belgen nog putten uit het feit dat zelfs Europees kampioen Griekenland zich niet voor het WK wist te plaatsen. Net zo min als Roemenië, Denemarken, Rusland of Bulgarije, toch niet bepaald Europese meelopers. Maar toch: volgend jaar wacht ons, voetbalgewijs, een zomer van zure druiven.

woensdag, oktober 12, 2005

Snert van Bert

Om het in dit tochtgat als politicus te maken, moet je over vele kwaliteiten en hoedanigheden beschikken. Ik noem er een paar op, voor de vuist weg: een olifantshuid, messcherpe ellebogen, een fors uit de kluiten gewassen ego, een flinke schep arrogantie en misschien ook wel een beetje dossierkennis. In die volgorde van belang.

Dronken van eigenwaan als sommige politici zijn, laten ze geen kans onbenut om met hun tronie op de treurbuis te komen. Welk programma ook, het doet er niet toe, als die camera maar loopt.

En dat vermag soms faliekant af te lopen. Voor Rik Daems, bijvoorbeeld, de anti-Midas die ik in een andere context al eens heb opgevoerd. Rik, pardon, Hendrik verbouwt een eigen wijntje in het Hageland. Vorig jaar mocht hij daarover de loftrompet steken in De Laatste Show, een programma dat politici wel eens in de zeik durft te zetten (meestal zonder dat ze daar zelf erg in hebben). Na zijn ietwat snoeverig exposé werd Hendrik op een blinde wijnproeverij genood. Bleek dat (i) hij zijn eigen wijn niet herkende en (ii) hem niet eens lekker vond. En zoiets wil minister worden !

Bert Anciaux is dat momenteel wél, en niet van de minste. Vlaams Minister van Cultuur, Jeugd, Sport en Brussel. Nu vind ik Bert écht wel een patente vent, hoor: voorbeeldig huisvader en toegewijd echtgenoot, toffe scoutsleider, sappige verteller en niet te beroerd om in het openbaar af en toe een traantje te plengen. Geef toe: wie zou met zo iemand géén pot willen gaan pakken ? Maar gezellig en joviaal uit de hoek kunnen komen, het staat helaas niet in de taakomschrijving van een Minister van Cultuur. Een minimum aan culturele bagage allicht wél. En dat hééft Bertje niet, zoals gisterenavond pijnlijk bleek uit “De Slimste Mens ter Wereld”, een uiterst vermakelijke maar ook wel moeilijke quiz die elke werkdag op Één loopt en die ik dagelijks probeer mee te pikken.

Was het nu dapper of dom van Bert om aan dat quizprogramma mee te doen ? Ik ben er nog niet uit, maar feit is wel dat Bert in de overlevingsronde genadeloos gevloerd werd door Bieke Ilegems, een bevallige verschijning met véél acteertalent en humor in de koffer. Onze Minister van Cultuur had zijn smadelijke nederlaag volledig aan zichzelf te wijten: wie Manet een surrealistisch schilder noemt en een kwintet als een vierkoppig ensemble omschrijft, houdt zich beter mijlenver van welke quiz dan ook. Om nog te zwijgen van culturele bevoegdheden.

Minister van Sport en Jeugd, tot daar aan toe. Maar voor het heil en aanzien der natie: lever die cultuurportefeuille pronto in, Bert !

maandag, oktober 10, 2005

Karşilama Türkiye

Welkom Turkije. Nu spreek en begrijp ik geen jota Turks, maar het Internet staat nu eenmaal voor niets. In België werd het heuglijke nieuws tijdens de voorbije week ietwat overschaduwd door voorbarige (en bijgevolg belachelijke) stakingsacties en enkele onfrisse praktijken bij de PS, maar Turkije mag in principe tot de EU toetreden. Wat in Ankara en Istanbul met opluchting en bescheiden feestgedruis werd onthaald.

Van Jan en Mie Modaal kan ik ergens nog begrijpen dat ze huiverachtig staan tegenover de opname van een islamitisch land in The Happy Few Club. En dat het Vlaams Belang dat vage gevoel van onbehagen schaamteloos zou uitbuiten, lag al helemaal in de lijn der verwachtingen. Maar wanneer eminente politici, zoals een Chirac of Giscard d'Estaing, zich laatdunkend over Turkije uitlaten, bewijzen ze daarmee enkel dat ze cultuurhistorisch absolute nitwits zijn.

Over de geopolitieke en militaire voordelen van een Turks EU-lidmaatschap zijn al veel promopraatjes verkocht, vooral door de Amerikanen en de NAVO. Maar die gaan volledig aan de essentie voorbij: Turkije mag dan wel islamitisch zijn, zowel politiek, cultureel als historisch kan het land voldoende aanspraken op een Europees lidmaatschap doen gelden.

Vooreerst is Turkije een parlementaire democratie met een grondwettelijke scheiding van kerk en staat, zonder meer een unicum in de islamitische wereld. In Klein-Azië werden de fundamenten van de Griekse (en bij uitbreiding, westerse) filosofie gelegd door Heracleitos, Thales van Milete en andere presocratische denkers. In welke stad bleven teksten van Griekse dichters, dramaturgen, filosofen en wiskundigen eeuwenlang voor het nageslacht bewaard om uiteindelijk in onze contreien de Renaissance in te luiden ? In Constantinopel, nu Istanbul (overigens een verbastering van het Oudgriekse εις τήν Πόλι(ν), letterlijk “naar de stad”).

Maar er zijn bijkomende redenen om Turkije als Europees land te omhelzen. Eens Turkije volwaardig lid is, zal het niet alleen méér politieke stabiliteit en welvaart binnenhalen, maar ook gedwongen worden om binnenshuis schoon schip te maken met enkele heikele thema’s zoals de ál te grote macht van het leger, de aanhoudende schending van mensenrechten (folteringen in gevangenissen), de schandelijke negatie van de massamoord op de Armeniërs tussen 1915 en 1916 en de onaanvaardbare onderdrukking van de Koerdische minderheid. Om nog te zwijgen van de aanslepende Cyprus-kwestie.

Voor alle Turken is het nu duimen dat die toetredingsgesprekken vlot verlopen en onderweg niet door Oostenrijkers of Fransen worden getorpedeerd. Van erfvijand Griekenland moeten de Turken alvast weinig vrezen: daar is de anti-Turkse stemming in korte tijd grotendeels omgeslagen.

Wanneer het een beetje meezit, wil ik in een volgende post iets dieper ingaan op een toch wel bevreemdend fenomeen: de omgekeerde emigratie. Van jonge Belgische Turken naar een land dat ze nauwelijks kennen. Turkije.

donderdag, oktober 06, 2005

Kwaad bloed

Of u nu Knack, Humo, Deng, ’t Pallieterke, Trends, Vrij Nederland of Elsevier leest, het gaat me geen ene moer aan. Als u maar leest. Zelf lees ik Knack af en toe, meer nog, ik heb vorig jaar zowaar een abonnement op dit weekblad genomen. Mijn oudste zoon studeert sinds kort immers sociologie aan de Vrije Universiteit Brussel, en regelmatig door Knack bladeren vond ik een prima voorbereiding op die gortdroge cursussen en duffe colleges. Ook de kennismaking met al die betweterige, drammerige en zelfingenomen profs zou iets minder ontnuchterend verlopen, na het lezen van Dirk Jan Eppink, Gerard Bodifée of Rik Van Cauwelaert, dacht ik zo.

Knack is inderdaad een doodernstig blad. Daar is niets mis mee. De wereld is geen vrolijke plek, politiek is een serieuze aangelegenheid (zij het veelal bedreven door clowns) en over cultuur moet je niet lacherig doen (hoe moeilijk dat ook valt, met Jan Hoet in de buurt). Maar té veel ernst, hoe gepast ook, wordt al snel gruwelijk saai. Zelfs Ingmar Bergman begreep dit, en zorgde af en toe voor een scheutje comic relief in zijn donkere drama’s.

In Knack was de rol van comic relief ventiel op de hogedrukpan van de sudderende of kolkende actualiteit tot voor kort weggelegd voor Koen Meulenaere. Tot voor kort, want zijn satirische column op de allerlaatste pagina van Knack is deze week zonder boe of ba afgevoerd. Na veertien jaar. Verbijstering en ongeloof alom, tot in de rangen van het Vlaams Belang. Dat mag niet verbazen: Meulenaere hield het hele politieke spectrum een lachspiegel voor, spaarde geit noch kool, koning noch kardinaal, partijbons noch mediafiguur, en hanteerde daarbij een tongue in cheek stijl die in dit landje zelden is geëvenaard. Velen met mij, zoals nu blijkt, lazen Knack wekelijks op z’n Arabisch: van rechts naar links. Moet het gezegd dat de voorpagina daarbij zelden werd gehaald ?

Het blijft voorlopig een duister raadsel waarom “Kwaad Bloed” is afgevoerd. Had Meulenaere er geen zin meer in ? Weinig waarschijnlijk: ook in zijn laatste column spatte het schrijfplezier van de bladspiegel. Sommige kwatongen sissen dat er politieke druk in het spel is geweest, vooral na de heisa rond Patrick Dewael’s buitenechtelijke uitspattingen die Koen Meulenaere in de openbaarheid had gezwierd (zie eerdere post, “Om ter ranzigst”). Ook andere politici of mediafiguren wier bovenmaatse ego op lange teentjes rust (kies zelf maar uit Dedecker, Degucht, Vande Lanotte, Siegfried Bracke & tutti quanti), zullen allicht geen traan plengen om het verdwijnen van “Kwaad Bloed”. Andere kwatongen fluisteren dan weer over afrekeningen tussen het politieke en journalistieke milieu, en dat het volgende mes ploffen zal in de rug van Knack-hoofdredacteur Van Cauwelaert die zich in de voorbije maanden niet bepaald lovend over de zittende (ach, zeg maar slapende) regering uitliet.

Hoe dan ook, zovele jaren na Johan Anthierens blijkt Vlaanderen nog altijd té kleinsteeds voor milde, laat staan bijtende politieke satire, uiteindelijk dé lakmoesproef voor een uitgerijpte democratie. Arm Knack. Zielig Vlaanderen.

woensdag, oktober 05, 2005

De ergste Belg

Een paar posts geleden plaatste ik enkele vrijblijvende kanttekeningen bij het stilaan uit de hand lopende lijstjesfetisjisme van de moderne massamedia. Wat me volledig ongevraagd – wat is de menselijke geest toch een grillig en pervers instrument - op een quote van Oscar Wilde brengt: “Ik heb niets tegen masturbatie, zolang het maar niet uit de hand loopt.” Een one-liner die menig aandeelhouder van Kleenex ook nu nog klamme handjes bezorgt.

Terug naar die lijstjes waarover eerder al bericht. Het meest overroepen album ooit, een initiatief van BBC Radio 6. De losers zijn intussen bekend, en u kunt ze hier bespotten en bespuwen. Vreemde vaststelling: de top-10 zit tjokvol albums en artiesten die critici en “kenners” destijds de hemel inprezen met predikaten zoals baanbrekend, grensverleggend, trendsettend en historisch. Nirvana, Coldplay, U2, de Beatles, de Sex Pistols, Radiohead of de Beach Boys: één voor één kregen ze het etiket hopeloos over het paard getild opgeplakt. Altijd voor discussie vatbaar, uiteraard.

De Ergste Belg dan, de satirische repliek van het maandblad Deng op die aanslepende hype rond de uitverkiezing van de “Grootste Belg”. Intussen zijn de supergenomineerden bekend. Dit is de infame shortlist:
  • Léon Degrelle, volgens Hitler de enig bruikbare Belg tijdens WO II.
  • Leo Delcroix, met voorsprong de grootste ritselaar in de Belgische politiek en de stuwende kracht achter één van de meest nutteloze voorwerpen die de Belg ooit in de maag kreeg gesplitst: de milieubox ! Kreeg ú hem open ? En waar hebt u hem uiteindelijk gedumpt ?
  • Philip Dewinter, poldernazi met sjerpambities in Antwerpen. Niettemin: dankbaar pispaaltje voor deze en vele andere bloggers.
  • Marc Dutroux: het Monster van Marcinelle kon uiteraard niet ontbreken op deze shortlist !
  • Koningin Fabiola: Spaanse kwezel die, mocht het haar vergund zijn, de Inquisitie onverwijld op Verhofstadt en al die andere pleitbezorgers van het homohuwelijk zou loslaten. Oerconservatief qua hairstyling, verbluffend innovatief in het departement hoofdbedekking !
  • Leopold II: de tweede royalty op de lijst. Een massamoordenaar met niet één maar vele standbeelden. Wie doet het hem na, in het vrije westen ?
  • Jean-Marie Pfaff: behoeft geen verdere introductie (zie enkele posts geleden, met als titel Baron Blaaskaak).
  • Paul Vanden Boeynants: het archetype van de Belgische sjoemelaar, arrangeur, betonboer en zakkenvuller met een even grappige als gebrekkige beheersing van het Frans en Nederlands. Hield er geen standbeeld aan over, maar blijft wel één van de iconen van de Belgitude. Samen met Raymond Goethals en Jan Hoet.
  • Anke Van dermeersch (let vooral op die kleine d): de Vlaamse Ally McBeal, even kortgerokt maar bijlange niet zo spits. Pin-up van het Vlaams Belang, maar achter die (betwistbaar) fraaie looks schuilt een niets ontziende carrièriste met evenveel scrupules als een vis voeten heeft.
  • Gert Verhulst: hier eerder al op de korrel genomen als een sujet dat zich schaamteloos verrijkt ten koste van een populatie waaraan ie een hartsgrondige hekel heeft. Onze bloedjes van kinderen in de leeftijdscategorie van 3 tot 8 jaar ! Toch hoed af voor Gert, want weinigen zouden erin slagen om die hemeltergende hypocrisie jarenlang met de glimlach vol te houden. Daar komen geheid maagzweren en andere vreselijke aandoeningen van ! We wensen ze hem van harte toe.

Op deze plek kunt ook ú meebepalen wie de Ergste Belg Aller Tijden zal worden. Wees gerust, ik heb geen commerciële of andere banden met Deng. Ik heb uitsluitend uw welzijn in gedachten, want u kunt er zowaar een verre vliegreis mee winnen !

maandag, oktober 03, 2005

Mikis 80 !

Het voorbije weekend bij mijn moesje getoefd, in het verre Limburg (na het overlijden van mijn vader, straks zeven jaar geleden, wordt zij tijdens de weekends beurtelings gezelschap gehouden door haar vijf diaspora-kinderen, al dan niet met hun respectieve gezinnen. Tot hier deze dienstmededeling). Zo een weekend Limburg staat voor mij gelijk met volledige onthaasting en vooral: ontkoppeling. Van het werk, de dagelijkse beslommeringen en het Internet. Maar in Limburg hebben ze iets wat wij hier, rond Brussel, pijnlijk moeten ontberen. De Griekse televisie op de kabel ! Akkoord, het gaat enkel om de internationale uitzendingen van de Griekse openbare omroep, de ERT. En die zijn meestal snERT. Weliswaar niet zo rampzalig als het aanbod van RAI Uno, waar het wel het hele jaar carnaval lijkt, met die gladde presentatoren, schaars geklede assistentes en bordkartonnen decors. Maar helaas iets minder goed dan TVE Internacional, waar af en toe wél wat diepgang te bespeuren valt.

Vorige zaterdagavond al zappend bij ERT beland, en dit keer bleef ik wél zitten. Er liep een huldebetoon aan Mikis Theodorakis, onlangs 80 geworden en lijfelijk in de studio aanwezig. Met een heleboel andere coryfeeën uit de Griekse muziekwereld, die tal van zijn nummers ten gehore brachten.

De meeste Belgen of Nederlanders zullen zich bij Theodorakis weinig of niets kunnen voorstellen. Hooguit de Zorba-dans uit de gelijknamige film van Cacoyannis, intussen commercieel zó vaak verkracht dat het nummer volledig verlept is. Maar Mikis is méér dan Zorba. Een klassiek componist, die bij kenners véél waardering geniet. Een icoon van het verzet tegen het Griekse kolonelsregime dat hij muzikaal te lijf ging met die schitterende LP “Ta tragoudia tou agóna” (strijdliederen), met onder meer een eerbetoon aan de vermoorde verzetsheld Alekos Panagoulis, ook al vereeuwigd in Oriana Fallaci’s roman “Een man”. Een muzikaal genie dat de rebetiko in ere herstelde, tussen 1922 en 1950 de Griekse stadsblues van verschoppelingen en drugsverslaafden waarop de Griekse bourgeoisie destijds misprijzend neerkeek maar die nu razend populair zijn en in Europa intussen evenveel erkenning krijgen als pakweg flamenco of fado. Een componist die aartsmoeilijke teksten van nobelprijsdichters Seferis en Elytis op weergaloze wijze op toon zette. Met als resultaat dat vele Grieken die toch wel hermetische gedichten van achteren naar voren kunnen declameren. Kortom, een man die het moderne Griekenland een geweten heeft geschopt èn in de vaart der volkeren heeft opgestoten !

Één van de mooiste nummers van Theodorakis is naar mijn gevoel “S’aftí tin gitoniá”. Zo rebetiko als de pest. Een proeve van Engelse vertaling, ook en vooral voor de anderstalige meelezers:

In this neighbourhood, in this neighbourhood,
night and morning,
we spent and wasted an entire life.
In this neighbourhood, in this neighbourhood,
we had yearnings and they betrayed us for a mouthful of bread.
In this neighbourhood, in this neighbourhood,

in these narrow streets, we were lost and lived far from God.

Zoveel pracht mag u niet bespaard blijven ! Hier klikken voor een schitterende live-versie van dit nummer !

zaterdag, oktober 01, 2005

Mondovino

Over wijn en wijnliefhebbers, dit keer. Dus ook een beetje over u, neem ik aan. Ik heb hem nog niet gezien, maar als wijnfanaat zal het niet lang meer duren. Mondovino, de naar verluidt schitterende documentaire van Jonathan Nossiter, waarin heel wat hardnekkige mythes worden ontkracht. En die heel wat onfrisse praktijken en zelfs vendetta's naar boven spit. De documentaire gooide hoge ogen in Cannes en ligt sinds enkele weken in de betere videotheek. Waarom die overigens nog altijd videotheek worden genoemd, is me een raadsel. Allicht omdat DVD-theek niet zo lekker bekt. Niettemin, vierklauwens erheen en laat het u smaken !

Nog meer over wijn, en dit zal u allicht niet verbazen. De Morgen kopte gisteren "Wijn, de melkkoe van het restaurant." Het artikel veegt de vloer aan met de kwalijke gewoonte van veel restaurateurs om goedkope flessen wijn voor een veelvoud van de aankoopprijs aan te rekenen. Coëfficiënt vier, vijf of zelfs zes is daarbij geen uitzondering. Al ziet Internet-wijnkenner Dirk Rodriguez, die ten huize van ondergetekende wel eens met wijnadvies aanwaait, een positieve evolutie: vooral jongere restaurantbezoekers laten zich niet langer bedotten of overdonderen door inhalige sommeliers. Ze zijn beter geïnformeerd en weten wat er in wijnland te koop is. Wat sommige restauranthouders op de rem doet staan. Rodriguez citeert het voorbeeld van La Pergola in Leuven, waar winkelprijs + 25% wordt gehanteerd. Een andere, positieve evolutie: kurkrecht, oftewel de klanten toelaten om hun eigen wijn mee te brengen. Het wijnmagazine Decanter publiceert ieder jaar een lijst van restaurants die dit gulle gebaar stellen. Het artikel besluit met een sneer naar dure restaurants die zogenaamde menu's met aangepaste wijn voorstellen. "Aangepast ?", briest wijnexpert Alain Bloeykens. "Een giller. De wijnen die ze kwijt willen zijn, ja, of die die week ergens in promotie staan. Wat de restaurateurs niet beseffen, is dat ze op die manier de klanten wegjagen. Meer en meer mensen eten dan liever thuis en trekken zelf een goede fles open."

Is bij deze gebeurd.